Terug naar overzicht

Interessant, hoe wetten worden gemaakt, maar een vluchteling is meer gebaat bij andere informatie


Minister Plasterk wil aan vluchtelingen een Arabische vertaling van de grondwet ter beschikking stellen. ‘Deze mensen komen in een voor hen onbekend land. Ik vind het goed om hen in hun eigen taal voor te lichten over de basisregels van onze samenleving’, zegt hij. Het roept bij mij de vraag op of minister Plasterk zelf weleens in die grondwet heeft gebladerd.

In de eerste plaats bevat de grondwet helemaal niet de basisregels voor onze samenleving. Er staat van alles in de grondwet, zoals het feit dat iedereen voor de wet gelijk is (art. 1, het discriminatieverbod) en andere grondrechten zoals die van vrijheid van meningsuiting en godsdienst.
Het is wellicht prettig voor een vluchteling te lezen dat hij in Nederland niet in het gevang zal belanden wegens zijn godsdienst of het gebrek daaraan, maar ik vermoed dat de meeste vluchtelingen daar ook niet serieus rekening mee houden, anders zouden ze niet deze kant op zijn gevlucht. Daarnaast bevat de grondwet vooral voorschriften van staatsinrichting, zoals dat wetten gemaakt worden door regering en Staten-Generaal gezamenlijk en dat de regering bestaat uit de koning en de ministers.

Zinloze bezigheid

Interessant, dat zonder meer, maar een vluchteling die zijn weg probeert te vinden in de Nederlandse samenleving, heeft niet zo veel aan kennisneming van dergelijke voorschriften.

Daar komt in de tweede plaats nog bij dat het doorlezen van de grondwet zonder de nodige juridische achtergrondkennis eigenlijk sowieso een vrij zinloze bezigheid is. Neem art. 7 lid 1, de vrijheid van drukpers: ‘Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.’ Om precies te begrijpen wat op grond van dit artikel is toegestaan en wat niet, moet eerst de nodige jurisprudentie en juridische literatuur worden bestudeerd.

Voor vrijheid van godsdienst (artikel 6 lid 1) geldt dit zo mogelijk nog sterker. Als iemand op basis van zijn religie meent het recht te hebben bushokjes te vernielen waarin aanstootgevende advertenties zijn opgehangen (ik noem maar een absurd voorbeeld), zal een beroep op vrijheid van godsdienst hem niet veel baten tijdens de behandeling van zijn strafzaak. De grondwet is nu eenmaal niet geschreven voor de geïnteresseerde leek (of die leek nu een vluchteling is of iemand die al zijn hele leven in Nederland woont) en de daarin behandelde materie is veel te complex om zonder behoorlijke studie in de juiste context te kunnen plaatsen.

Praktisch en sociaal

Maar zelfs wanneer over deze twee bezwaren heengestapt kan worden, is het verstrekken van vertalingen van de grondwet vrij zinloos. Waar een vluchteling vooral behoefte aan heeft, is aan hoe het hier in Nederland praktisch en sociaal werkt. Wat de sociale normen en omgangsvormen zijn. Hoe je je presenteert tijdens een sollicitatiegesprek. Dat een afspraak om 3 uur bij de gemeente betekent dat je je om 14.55 uur moet melden bij de balie, dat je de receptioniste aldaar geen hand moet geven, maar wel de ambtenaar met wie je een afspraak hebt.

Wat de mores bij een supermarktbezoek zijn (alles netjes in een mandje doen, bij de kassa op de band leggen, niet zelf een gepaste hoeveelheid afwegen bij voorverpakte rijst en spaghetti). Welke gespreksonderwerpen done zijn (het weer, het Nederlands voetbalelftal, hoe het met de kinderen gaat en het songfestival) en welke gespreksonderwerpen beter kunnen worden vermeden (Wat verdien je?, Welke godsdienst hang je aan?, Ben je niet bang dat je echtgenote vreemd zal gaan met een collega op het werk?).

Was het maar waar dat de basisregels van een samenleving zo makkelijk toegankelijk zijn dat ze in een wet kunnen worden vastgelegd. De minister zou er beter aan doen zijn budget in te zetten door een social guide to the Netherlands te laten opstellen (en vertalen in het Arabisch). Of aan Nederlandse les voor vluchtelingen. Het verstrekken van een vertaling van de grondwet is in ieder geval weggegooid geld.

Dit artikel werd ook gepubliceerd in de Volkskrant.

Over de auteurs

Reinout Wibier

Reinout Wibier is hoogleraar privaatrecht aan de Universiteit van Tilburg

Reacties

Recente blogs
Promovendireeks 2023-2024
Promovendireeks #13: Is het Amerikaanse Hooggerechtshof stuk? Een onderzoek naar interne verbeteringen ten behoeve van een eerlijk proces en een eerlijke rechter
Klimaseniorinnen
Samenwerking ter bevordering van toegang tot het recht